Les 228

(16 augustus)

Geen oordeel

 

Ik kijk naar mezelf
zoals ik zou kijken naar een kind
dat struikelt,
zonder kwaad,
zonder intentie.

 

Er is alleen waarneming,
zonder straf.

 

De stilte fluistert:
je hoeft niets goed te maken.
Je bent al
heel.

 

.

Uitleg en Commentaar op Les 228

"God heeft mij niet veroordeeld. Ik doe dat evenmin."

Dit is een uitnodiging tot innerlijke bevrijding op een diep niveau: de bevrijding van zelfveroordeling, en daarmee de sleutel tot vrede.

Deze les stelt een radicale waarheid voor:
Alle veroordeling komt niet van God, maar van jezelf.
En als God jou niet veroordeelt – als pure Liefde niet oordeelt – waarom zou jij het dan nog doen?

.

Wat zegt deze les werkelijk?

  • God is geen rechter, geen figuur die straft of test. God is Liefde, en Liefde kent geen oordeel.
  • Als God je niet veroordeelt, dan is schuld niet werkelijk. Schuld is een idee van het ego.
  • Je hebt zelf veroordeling gemaakt – van jezelf, van anderen, van de wereld – en je kunt er dus ook voor kiezen om ermee te stoppen.
  • Je bent onschuldig, niet door wat je gedaan hebt of niet gedaan hebt, maar omdat je geschapen bent als Liefde. Dat is onveranderlijk.

.

Verdieping: waarom is dit zo bevrijdend?

Omdat het je terugbrengt naar de waarheid van je wezen:

Je bent niet wat je denkt dat je bent.
Je bent niet je verleden, niet je fouten, niet je masker.
Je bent niet de stem in je hoofd die zegt dat je tekortschiet.

Wanneer je deze waarheid toelaat, al is het maar even, ervaar je:

  • Zachtheid,
  • Innerlijke ruimte,
  • En het besef: Ik ben heel, en niets hoeft anders te zijn dan het is.

.

Toepassing in het dagelijks leven

  • Stop een moment bij elke innerlijke aanval op jezelf.
    Dat kunnen subtiele gedachten zijn als:

“Ik had dat beter moeten doen.”
“Ik ben niet goed genoeg.”
“Waarom ben ik altijd zo…?”

Adem in, en zeg:

“God heeft mij niet veroordeeld. Ik doe dat evenmin.”

  • Gebruik het als spiegel:
    Wanneer je merkt dat je een ander veroordeelt, herinner jezelf eraan:

“Wat ik aan de ander geef, geef ik aan mijzelf.
Zoals God mij ziet, mag ik ook jou zien: onschuldig.”

  • Maak het een ochtendgebed:
    Voor je dag begint:

“Vandaag kies ik geen oordeel.
Ik zie met de ogen van vergeving.”

..

.

Geleide meditatie – “Ik doe dat evenmin

Duur: ca. 8-10 minuten

Deze meditatie nodigt je uit om stil te worden, om naar binnen te keren, en te voelen wat het betekent om werkelijk vrij te zijn van oordeel — niet als idee, maar als ervaring.

 

Begin

Ga zitten of liggen op een plek waar je even niets hoeft.
Laat je handen rusten. Sluit je ogen.
Voel je lichaam. Voel de grond onder je.
Adem langzaam in…
En rustig uit.

.

Adem en ruimte

Laat je adem op en neer wiegen als de zee.
Er is niets dat je hoeft te doen.
Laat de dag even los.

Zeg in stilte, of fluister zacht:

“God heeft mij niet veroordeeld.
Ik doe dat evenmin.”

Laat die woorden als zachte golven door je heen stromen.

Visualisatie

Stel je voor:
Je staat op een open veld, omringd door licht.
Er is niets om je heen dat jou beoordeelt.
Geen stem, geen verwachting.
Zelfs je verleden is niet daar.

Er is alleen een liefdevolle aanwezigheid.
Zacht, allesomvattend.
Ze zegt niets.
Ze oordeelt niet.
Ze is.

En jij staat daarin,
als deel van dat licht.
Volkomen aanvaard.
Volkomen welkom.

Je hoeft niets uit te leggen.
Je hoeft niets te herstellen.
Je bent al thuis.

.

Loslaten van oordeel

Laat nu alle gedachten komen die jou ooit hebben veroordeeld: “Ik ben niet goed genoeg.”
“Ik faal.”
“Ik ben te laat, te weinig, te veel…”

Laat ze opkomen.
En laat ze dan gaan.

Stel je voor dat ze als bladeren op water drijven,
langzaam weg van jou,
zonder weerstand.

Zeg dan:

“Ik vergeef mijzelf.”
“Zoals God mij ziet, wil ik mijzelf zien.”

.

Stilte

Blijf even in stilte.
Laat alles los.
Laat alleen dit overblijven:

“Ik ben onschuldig, en ik wil het weten.”

(stilte 1-2 minuten)

.

Afronding

Breng langzaam je aandacht terug naar je adem.
Voel je lichaam.
Beweeg zacht je vingers.
Open je ogen met zachtheid.

En fluister:

“God heeft mij niet veroordeeld.
Ik doe dat evenmin.”

 

 

Wat is vergeving 8:

Deel 8: WdII.1.4:4-5

 

 

"Wie niet wil vergeven, moet wel oordelen, want hij moet zijn onvermogen om te vergeven rechtvaardigen. Maar wie zichzelf vergeven wil, moet leren de waarheid te verwelkomen precies zoals die is."

 

 

 

Verbinding tussen Les 228 en Vergeving

De kern van Les 228: geen veroordeling meer

Les 228 zegt: “God heeft mij niet veroordeeld. Ik doe dat evenmin.”

Dit is een krachtige keuze voor vergeving van jezelf — maar geen vergeving zoals de wereld haar kent (“het is oké wat ik heb gedaan”),
maar vergeving in de zin van:

Ik laat het hele idee van schuld los.
Ik zie mijzelf zoals God mij ziet: onschuldig, licht, heel.

Maar om dat werkelijk te aanvaarden, moet je ook stoppen met oordelen — óók het subtiele, vaak onbewuste oordeel dat je het ‘nog niet goed genoeg doet’.

.

Oordeel en onvermogen tot vergeven

Onderstaande zin maakt dit glashelder:

“Wie niet wil vergeven, moet wel oordelen.”

Dat betekent:

  • Als je iemand (of jezelf) nog vasthoudt in wat hij of zij ‘fout’ heeft gedaan,
  • Dan moet je wel blijven oordelen, om dat vasthouden te rechtvaardigen.

Want als je zou toegeven dat vergeving mogelijk is,
dan zou je ook moeten toegeven dat oordeel niet nodig was.
Dat voelt voor het ego als gezichtsverlies — of zelfs als het opgeven van controle.

.

De bevrijdende keuze van vergeving

Maar de tweede helft van de zin is de sleutel:

“Wie zichzelf vergeven wil, moet leren de waarheid te verwelkomen precies zoals die is.”

En wat is die waarheid?

  • Jij bent niet veroordeeld door God.
  • Jij bent niet schuldig.
  • Jij bent Liefde.
  • En dat geldt ook voor ieder ander.

Vergeving betekent dan: niets willen veranderen aan wat God al als perfect aanvaard heeft.

Het vraagt een open geest. Een open hart. Een bereidheid om te stoppen met uitleggen, verdedigen, aanvallen of rechtvaardigen.

.

Toepassing: zo verbind je deze les met vergeving

Wanneer je merkt dat je jezelf iets verwijt (hoe subtiel ook), zeg dan:

“Ik veroordeel mijzelf niet.
Zoals God mij ziet, wil ik mijzelf zien.
Ik laat elke rechtvaardiging voor oordeel nu los.”

Of wanneer je in conflict bent met een ander:

“Als ik deze ander niet wil vergeven,
hou ik mijn eigen schuld vast.
Ik kies nu voor vrijheid. Voor ons allebei.”

.

Slotgedachte: de keuze voor waarheid

Deze les nodigt uit tot een stille, eenvoudige keuze:

Laat ik mijzelf vandaag niet langer tegenhouden in liefde,
omdat ik blijf geloven dat ik straf verdien.

God heeft mij niet veroordeeld.
Wat zou ik dan nog tegen mijzelf kunnen zeggen
dat waar zou zijn?